Mijn moeder woont bij mij, al 27 jaar. Toen mijn vader overleed kwam zij bij ons wonen, omdat zij ziekelijk was en niet voor zich zelf kon zorgen. We hebben hele goede tijden gehad, toen zij nog kon lopen en nog allerlei dingen kon doen.
Mijn kinderen zijn opgegroeid met hun oma altijd om hun heen. Zij wist wanneer ze schooltoetsen hadden en was altijd geïnteresseerd in hun verhalen. We genoten van elkaar. Ze kreeg de grootste kamer en ons huis kreeg gewoon een extra persoon te herbergen.

Bij ons kon dat allemaal, wij zijn Indische mensen, dus ruimte kon altijd gemaakt worden. Zij heeft mijn scheiding meegemaakt en is 2 keer met mij mee verhuisd. Nu de laatste jaren, ze inmiddels 91 jaar, heeft zij soms 24 uur per dag verzorging nodig. Ik kan nooit weg. 10 jaar geleden ging ik met toestemming van haar longarts voor het eerst in lange tijd met mijn zoon en schoondochter naar Bali met vakantie. Mijn zuster kwam over uit Amerika en mijn dochter bleef ook steeds in de buurt om voor onze moeder te zorgen.
We waren daar 2 dagen en moesten meteen terugkomen, want mijn moeder lag op sterven! Wat heeft die terugreis lang geduurd. Wonder boven wonder stierf zij niet, na verschillende behandelingen en operaties week het gevaar, maar ze kwijnde weg in het ziekenhuis. Ik heb haar toen meegenomen naar huis, op een matras naast haar bed geslapen en haar verzorgd en ze knapte op! Na dit voorval heeft ze nog een paar keer op sterven gelegen en werd ze bediend door de pastoor, maar ze knapte steeds weer op. Volgens de artsen is het een wonder dat ze nog leeft, ze weegt inmiddels nog maar 29 kilo en moet overal mee geholpen worden.

Het is zwaar voor mij, ik ben zo moe, want er zijn dagen dat ze mij wel 20 keer op een nacht uit bed belt. Soms ben ik boos en opstandig, want ik heb geen eigen leven meer. Mensen zeggen dat ik gek ben en dat ik haar moet laten opnemen in een verpleegtehuis, maar ik kan dat niet.
Wat ik heel jammer vind is dat ik soms geen liefde meer voor haar kan opbrengen, dan denk ik: waarom doe je mij dit aan. Ik ben nu 62 jaar en heb artrose , mijn lichaam doet altijd pijn, soms kan ik er niet meer tegen.
Maar als ik haar dan zo zie liggen, zo hulpeloos en klein, dan weet ik weer waar voor ik het doe, je kunt een ander niet in de steek laten en zeker niet je moeder, zij heeft in haar leven al zo vele nare dingen meegemaakt. Mijn kinderen zijn hierdoor ook zeer sociale mensen geworden, zij staan altijd voor hun oma klaar en als zij mensen zien die hulp nodig hebben zijn ze de eersten die klaar staan. Daar ben ik dankbaar voor.

Bij ons in de buurt woont een jonge vrouw met een klein kind en wij hoorden dat zij van voedselpakketten moesten leven. Niet omdat zij te lui is om te werken, maar omdat zij ziek is en van een minimum moet toekomen. Wij zorgen er nu voor dat ze groenten, fruit en vlees krijgen voor de hele week. Niemand weet dat en hoeft het ook te weten. Mijn werkende kinderen en ik doen dat samen en we doen dat met liefde, omdat we het absurd vinden dat zij zo'n tekort hebben, terwijl wij genoeg hebben. We zijn helemaal niet rijk, ik heb ook maar een WAO uitkering, maar er is altijd genoeg om te delen.
Dat vrouwtje doet op haar beurt ook heel veel voor mensen als ze hoort dat deze of gene hulp nodig heeft. Voor zo ver ze dit kan doen met haar ziekte, helpt zij.
Haar buurvrouw heeft het ook niet breed en nu deelt zij de boodschappen die zij van ons krijgt met deze buurvrouw. Ze eten dan gezamenlijk. 

Ik vind dat zo'n mooie gedachte, dat mensen elkaar helpen en dat ongevraagd en onvoorwaardelijk, niets er voor terug verwachten.
Dan merk je dat je uit - vaak onverwachte hoek - ook weer geholpen wordt.

Als de verzorging van mijn moeder me te zwaar wordt en ik denk: nu kan ik niet meer, ik red dit niet meer, dan komt er altijd weer hulp, zodat ik weer even adem kan halen.

Ik heb ook een vriendin, haar man kreeg op zijn 55ste jaar Alzheimer, hij is nu 70 en zij zorgt nog altijd voor hem, gewoon bij hun thuis.
Wij klagen vaak bij elkaar over onze levens, maar we kunnen ook heel erg lachen om de gekke situaties waar we ons soms in bevinden.

Als mensen maar zouden weten wat liefde en aandacht eigenlijk doet, dat je daar zo erg van kunt opkikkeren, dan zou de wereld er beter uit zien.
Een ding weet ik zeker: er zijn vele mensen die niet alleen voor zich zelf leven.